Wetenschappelijk onderzoek naar de 'jaargeboden', de jaarlijks vastgestelde gebruiksregels voor het gebruik van de gemeenschappelijke gronden, de zogeheten gemeint. Hierin weerspiegelen zich de veranderingen in de organisatie van de gehele lokale gemeenschap. Peelland was het zuidoostelijke kwartier van de Meierij en omvatte onder meer de huidige gemeentes Boxtel, Son en Breugel en Meierijstad.
Heel voorzichtig is men de afgelopen jaren in verschillende Europese landen begonnen met volksraadplegingen. Een nieuw fenomeen zo lijkt het, maar in vroegere tijden vonden ze in een aantal gemeenschappen van Oost-Brabant jaarlijks plaats. In de archieven van deze dorpen vinden we jaargeboden uit de vijftiende tot achttiende eeuw. In deze keuren en breuken legden de inwoners van de dorpen regels, de keuren, vast waaraan de inwoners zich dienden te houden, met daaraan gekoppeld de boetes, de breuken, die op overtreding stonden. Jaarlijks kwamen de inwoners, de naburen, bijeen bij de eigen kerk. Tijdens die bijeenkomst werden de geboden van het vorige jaar voorgelezen. De naburen keurden die keuren opnieuw goed, schrapten overbodige zaken en maakten nieuwe regels. Maar langzamerhand werd de rol van de inwoners steeds passiever. In de achttiende eeuw lag de besluitvorming bij het bestuur. In het verleden werd deze volksraadpleging vaak gezien als een vroege vorm van democratie. Dat was zij niet. De groep van naburen was een selecte groep van personen, meestal huisvaders, die volledige rechten hadden in de gemeint, de gemeenschappelijke gronden. De jaargeboden waarover zij oordeelden op de jaarlijkse bijeenkomst, waren bepalingen voor het beheer van de gemeint. In hun zuiverste vorm geven de jaargeboden de organisatie van de gemeint weer. De serie jaargeboden werd gebruikt om andere regels in te schrijven. Vaak waren dat regels, opgelegd door hogere overheden. De jaargeboden werden daardoor een spiegel van de gehele lokale gemeenschap en daardoor ook van de veranderingen in het geheel van de samenleving en de organisatie daarvan. De veranderingen zijn het onderwerp van deze studie, waarin onderzocht wordt op welke wijze de gemeenschap werd georganiseerd en hoe deze organisatie veranderde vanaf de veertiende eeuw tot 1795.
Uitsnede van de Brabantiae pars orientalis. Het hoogveengebied de Peel op de grens tussen Brabant, Gelre en Limburg gaf zijn naam aan Peelland, een van de vier kwartieren van de Meierij van ’s-Hertogenbosch in het hertogdom Brabant. Cartograaf Frederik de Wit, circa 1700 (collectie Regionaal Historisch Centrum Eindhoven, Beeldbank, 120388).
Kaart van de Peel gemaakt door Matthijs van Laeck na een overeenkomst over een herverdeling van de gemeenschappelijke gronden in de Peel tussen Sint Anthonis, Oploo, Sambeek, Vierlingsbeek, Venray, Horst, Sevenum, Helden Meijel, Liessel, Deurne, Bakel, Milheeze en Gemert (collectie Regionaal Historisch Centrum Eindhoven, Topografisch Historische Atlas, 175592).
In 1546 vaardigde keizer Karel V als hertog van Brabant een plakkaat uit inzake de watermolens op de rivieren Aa en Dommel. Dit plakkaat was ook van toepassing op de watermolen bij Stipdonk (Sermoise, Nivellement de la vallée de l’Aa, 1818, Regionaal Historisch Centrum Eindhoven, Topografisch Historische Atlas, 175259-002).
Jan Brouwers
Zeisstraat 8
4818 EG Breda
T: 076 - 560 12 56
E: stichtingzhc@xs4all.nl
W: uitgeverij-zhc.nl
Contacten worden nog gelegd met diverse heemkundekringen.