Laanbomen gecombineerd met grasland

Publicatiedatum: 07 juni 2018

Half mei zijn er vijfhonderd laanbomen in het grasland van melkveehouder Jan Schapendonk in Udenhout geplant. Ze zijn op 15-30 procent van de normale dichtheid geplant waardoor het gras tussen de bomen in nog gemaaid kan worden. Het is een proef, waarbij gedurende vijf jaar wordt gekeken hoe de laanbomen gegroeid hebben én wat de grasopbrengst is. Doel is om de teelt van gras en laanbomen te combineren en de schaarse ruimte in het gebied beter te benutten.

Want schaarste is er, vertelt Gerald de Groot van Boomkwekerij Udenhout. “In Brabant is er voor boomteelt steeds minder ruimte. Op zoek naar verse grond is het een echte uitkomst als we grasland van veehouders kunnen benutten. Zij zijn relatief weinig ruimte kwijt en wij, als boomkwekers, hebben ruimte voor onze bomen. Deze proef moet uitwijzen hoe het gras eronder blijft groeien.”

Weinig schaduw

“De vijfhonderd loofbomen die zijn geplant, zijn iepen en Christusdoorns”, gaat Gerald door. “Dit specifieke type iep – de Ulmus Columella - is vrij smal en blijft smal doorgroeien. De Christusdoorn is heel transparant. Ze geven dus niet zo veel schaduw, waardoor je er goed gras onder kunt telen.” De bomen staan op een perceel van zevenduizend vierkante meter. Ze zijn in rijen geplant, op verschillende afstanden van elkaar (op 15-30% van de normale dichtheid), zodat het gras eronder meer of minder schaduw krijgt. Dit verschil wordt meegenomen bij het analyseren van de grasopbrengst.

Toekomstperspectief

Volgens melkveehouder Jan Schapendonk bieden twee teelten – bomen en gras – op zijn perceel perspectieven voor de toekomst. “Uitwisseling van grond wordt gemakkelijker als je weet dat beide sectoren ervan kunnen profiteren. Deze bomen gaan straks de verkoop in, daar is de boomkwekerij goed mee. Als veehouder ben ik vooral benieuwd naar het verloop van de grasopbrengst en de hoeveelheid droge stof.” Het perceel waar nu de bomen staan, was lange tijd de wei waar Jan zijn koeien liet grazen. “Mijn koeien lopen nu overigens een weide verderop. Op dit proefperceel wordt het gras enkel gemaaid.”

Maaien en bemonsteren

De komende jaren zal vanuit het project worden bijgehouden hoe de bomen groeien en wat het gras eronder doet. Na elke maaironde van Jan zal het gemaaide gras worden gewogen en de droge stof bemonsterd. “Ik verwacht dat we qua grasopbrengst over één jaar nog weinig verschillen zien”, aldus Jan. “De bomen moeten immers nog groeien en goed in het blad zitten. Maar ik ben heel nieuwsgierig naar de uitkomsten over vijf jaar, als de bomen volgroeid zijn.”

Twee projecten, één doel

Een gezonde bodem is goed voor de productiestabiliteit, maar is ook essentieel voor de waterregulatie (klimaatadaptatie), waterkwaliteit en biodiversiteit. Om zo’n vitale, veerkrachtige bodem in Brabant te realiseren, zijn twee projecten van start gegaan: Carbon Valley en Laanboomteelt op het melkveebedrijf. De hierboven beschreven aanplant van vijfhonderd laanbomen maakt deel uit van deze projecten.

In beide projecten spelen melkveehouders en boomtelers een hoofdrol. Het initiatief komt van De Duinboeren en het Louis Bolk Instituut. De projecten worden uitgevoerd met ondersteuning van Het Groene Woud.

 

Share this article

 

Overige berichten

... in Het Groene Woud